De federale regering hakte onlangs de knoop door voor de beperking van de werkloosheid in de tijd. Daarbij zouden langdurig werklozen na twee jaar hun uitkering verliezen. Die maatregel vraagt om wat extra duiding, want hoe zit het dan met een leefloon? Kan je dat nog aanvragen als je geen werkloosheidsuitkering meer krijgt?
Eerst en vooral: een leefloon is iets anders dan een werkloosheidsuitkering. Je kan dus wél recht hebben op een werkloosheidsuitkering, maar géén recht op een leefloon.
De regels voor een leefloon zijn strenger. Het OCMW kijkt bijvoorbeeld naar waar je écht woont, niet alleen waar je officieel bent ingeschreven. Ze kunnen zelfs onverwacht langskomen om dat te controleren.
Enkele voorbeelden:
- Woon je officieel alleen, maar slaapt er iemand vaak bij jou? Dan telt het OCMW jullie als samenwonend.
- Zijn je kinderen bij jou ingeschreven, maar verblijven ze vaak ergens anders? Dan krijg je misschien minder leefloon.
- Woon je samen met een partner die meer dan €1.776,07 per maand verdient? Dan krijg jij geen leefloon.
Ook je spaargeld, eigendom van een huis, of iets dat je verkocht hebt in de laatste 10 jaar kan meetellen. Daardoor kan je minder of zelfs geen leefloon krijgen.
Er zijn twee soorten hulp:
- Leefloon – als je aan alle voorwaarden voldoet.
- Equivalent leefloon – als je geen recht hebt op een gewoon leefloon, maar wel in een moeilijke situatie zit (bijvoorbeeld geen geld voor eten of onderdak)
Als je denkt dat je je werkloosheidsuitkering gaat verliezen, wacht dan niet. Neem op tijd contact op met het OCMW. Zij hebben 30 dagen om je situatie te onderzoeken nadat je een aanvraag doet.
Bel of mail, of ga langs bij het Sociaal Huis tijdens de openingsuren. Iemand aan het onthaal zal je gegevens noteren en de sociale dienst zal je later contacteren.
